Contacteer ons
Departement Omgeving
Als je een vivarium inricht, dan is het belangrijk om het biotoop of de natuurlijke leefomgeving van het dier in het wild, zo getrouw mogelijk na te bootsen. Hou hierbij rekening met:
Omdat elke soort zijn eigen specifieke eisen heeft, raden we af om meerdere diersoorten in één vivarium samen te houden.
De benodigde afmetingen van het vivarium hangen af van de soort en het aantal dieren. Klimmende soorten die in struikgewas en bomen leven, hebben vooral hoge terraria nodig. Bodemlevende soorten hebben behoefte aan een groot grondoppervlak, en zullen in de woning dus meer vloerruimte in beslag nemen.
Hou altijd rekening met de afmetingen van het volwassen dier: sommige soorten worden zeer groot en zullen dus heel grote terraria of zelfs speciaal ingerichte kamers nodig hebben. Een groene leguaan kan bijvoorbeeld wel 1,8 m lang worden, en sommige slangen gemakkelijk 4,5 m.
Vivaria worden meestal uit glas, hout of plastic gemaakt.
Glas is makkelijk schoon te houden, hygiënisch en biedt een goed zicht op de dieren. De nadelen zijn dat glas fragiel is en er gemakkelijk krassen in kunnen komen. Sommige dieren kunnen ook gestrest raken door de weerkaatsing van het glas, of omdat ze het glas niet als hindernis waarnemen en dus blijven proberen om door het glas te geraken.
Houten terraria worden vooral gemaakt uit MDF, OSB, multiplex of betonplex. Materialen zoals MDF, OSB en multiplex zijn niet volledig waterbestendig en moeten dus nog worden gevernist of behandeld met epoxy. Betonplex is wel waterbestendig, maar is een stuk duurder.
De voorkant van het vivarium wordt meestal wel uit glas gemaakt, zodat de dieren geobserveerd kunnen worden. Hout is sterk en isoleert vrij goed, zodat de warmte goed wordt vastgehouden in het vivarium. De dieren voelen zich vaak veiliger in een houten vivarium, omdat er minder inkijk is en ze een meer beschut gevoel hebben. Nadeel is dat er alleen lichtinval is via de ruit.
In de handel zijn ook tal van kleine, plastic vivaria te koop. Die zijn vooral geschikt om kleine soorten ongewervelden te houden, zoals insecten en spinnen, en om jonge dieren tijdelijk een verblijfplaats te geven.
Plastic vivaria zijn goedkoop en hebben vaak leuke kleuren die zeker kinderen aanspreken. Ze zijn echter beperkt in mogelijkheden op vlak van belichting en verwarming. Op het plastic - meestal acryl – komen gemakkelijk krassen, en daardoor is het na verloop van tijd minder doorzichtig. Het voordeel is wel dat plastic niet gemakkelijk breekt en weinig weegt, waardoor de vivaria gemakkelijk te verplaatsen zijn.
Reptielen en amfibieën zijn overwegend koudbloedig: ze hangen af van warmte uit de omgeving om hun lichaamstemperatuur op peil te houden. Ze hebben echter ook koelere plaatsen nodig, zodat ze hun temperatuur kunnen regelen door af te wisselen tussen warmere en koelere zones.
In elk vivarium moeten dus warmere en koelere plaatsen aanwezig zijn. Daarom worden in terraria meestal twee verschillende manieren van verwarming gebruikt:
De temperatuur in het terrarium moet altijd goed gemonitord worden. Plaats thermometers op de koelste en warmste plaatsen en gebruik een thermostaat om de basistemperatuur aan te sturen.
Zorg er altijd voor dat verwarmingselementen en -lampen veilig afgeschermd zijn, zodat de dieren zich niet kunnen branden.
Een gepaste verlichting is essentieel voor de gezondheid van de dieren, met name voor reptielen die overdag actief zijn. Licht uit het UVA- (320-400 nm) en UVB-spectrum (290-320 nm) is nodig voor de voortplanting en voor de aanmaak van vitamine D3 in de huid van reptielen. Dit heeft een grote impact op hun calciummetabolisme.
Onvoldoende UVB licht kan daardoor zorgen voor misvormingen aan het skelet. Gebruik daarom altijd speciale lampen voor terraria en vervang ze om de zes maanden, want de lampen geven dan niet genoeg UVB-licht meer af.
Let op: zet nooit een vivarium dicht bij een raam om te proberen gebruik te maken van echt zonlicht. Het UV-licht zal voor een groot deel worden tegengehouden door het glas en dus niet genoeg zijn om aan de noden van de dieren te voldoen. Bovendien kan invallend zonlicht het terrarium te sterk opwarmen en in een ware oven veranderen.
Regel het aan- en uitgaan van de lampen via een tijdschakelaar. Zo bekom je een stabiel dag-nachtritme voor de dieren. Tropische soorten hebben 11 tot 13 uur licht per dag nodig, afhankelijk van het seizoen. Soorten uit gematigde gebieden hebben in de winter zo’n 9 uur licht per dag nodig en in de zomer zo’n 15 uur.
Voor de meeste reptielen is een vochtigheidsgraad tussen 50 % en 70 % geschikt. Sommige soorten hebben een hogere luchtvochtigheid nodig. Zorg echter altijd voor voldoende ventilatie.
Amfibieën hebben een fragiele, vocht doorlatende huid en hebben daarom een hoge luchtvochtigheid nodig om uitdrogen te voorkomen. De meeste soorten kan je houden bij een vochtigheidsgraad van 75% tot 95%. In de handel zijn speciale luchtbevochtigers voor vivaria te koop.
Ongewervelde dieren hebben, afhankelijk van de soort, zeer uiteenlopende eisen op het vlak van luchtvochtigheid. Slakken hebben bijvoorbeeld een hoge luchtvochtigheid nodig, terwijl geleedpotigen zoals schorpioenen een drogere omgeving nodig hebben.
Elk dier moet proper water ter beschikking hebben om te drinken. Voorzie daarom altijd een ondiepe drinkschaal, ook bij woestijndieren. Kameleons likken druppels op en moeten dus op een gepaste manier drinkwater krijgen.
Sommige reptielen baden graag en hebben nood aan een waterbad van geschikte grootte. Voor een Argentijnse teju of ander groot reptiel heb je algauw een waterbad nodig van 50 cm x 90 cm (lengte x breedte). Deze diersoorten gebruiken het waterbad niet alleen om te baden, maar ook om te drinken en als toilet. Een goede hygiëne is daarom essentieel.
Ververs het water zo vaak als nodig of gebruik voor grotere watergedeelten een sterke filter. Reinig de bak geregeld met een oplossing van koud water met 10% javel. Spoel zeer goed na zodat er geen javelresten achterblijven.
Een geschikte drinkbak of waterbad voldoet aan de volgende vereisten:
De meeste vivaria worden uitgerust met een achterwand. Dit is mooi en geeft de dieren ook beschutting en eventueel klimmogelijkheden. Bij sommige diersoorten zijn ook zijwanden aangewezen. De meeste soorten achterwanden kan je met siliconen aan de terrariumwand bevestigen.
Enkele veelgebruikte achterwanden zijn:
Op de achterwand zelf kunnen ook nog planten aangebracht worden, bijvoorbeeld bromelia’s en boomvarens. Dit geeft een extra natuurlijk effect en biedt de dieren een boeiender omgeving.
De keuze voor een type bodembedekking of substraat is sterk afhankelijk van het type terrarium en de diersoort. In situaties waarin gemakkelijk onderhoud en hygiëne prioriteit hebben boven uitzicht -bijvoorbeeld bij het kweken van slangen of andere reptielen- wordt soms alleen krantenpapier als bodembedekking gebruikt.
Een gevarieerde bodembedekking kan echter zeer verrijkend zijn voor de dieren en meer natuurlijk gedrag bevorderen. Vaak gebruikte substraten zijn:
Een goed ingericht terrarium is mooi en het biedt het dier ook klimgelegenheid en schuilplekken. Voorzie schuil-, klim- en ligplekken in zowel de koele als de warme delen van het terrarium, zodat de dieren hun lichaamstemperatuur op peil kunnen houden.
Hou bij de inrichting rekening met het natuurlijk gedrag van het dier: voor een klimslang betekent dit bv. gevorkte takken, en voor een grondbewoner vooral lage structuren. Holen hebben bij voorkeur twee openingen, zodat het dier altijd een uitweg heeft als één ingang geblokkeerd is.
Gebruik bij het inrichten van het terrarium materialen die niet gaan rotten, schimmelen of die uit elkaar vallen als ze in contact komen met vocht. Zachthout is daarom ongeschikt. Bij de reptielenspeciaalzaak zijn materialen te koop die prima geschikt zijn en die je direct kan gebruiken.
Hardhout of stenen die je zelf hebt gevonden, moet je vrijmaken van ziektekiemen en ongedierte voor je ze gebruikt. Daarvoor kan je ze 15 minuten onderdompelen in een oplossing van koud water met 10% javel (100 ml javel/liter water). Spoel alles goed na, zodat er geen javelresten achterblijven. Je kan het materiaal ook 15 minuten koken in zuiver leidingwater. Laat alle nieuwe materialen drogen voor je ze gebruikt.
Planten zijn zeer nuttig in het vivarium: ze helpen om de apparatuur te verbergen, creëren klimmogelijkheden en schuilplekken, helpen om de vochtigheidsgraad te reguleren en ze zijn decoratief. Sommige soorten hebben ook planten nodig voor hun voortplanting.
Echte planten kunnen worden aangevreten en worden gemakkelijk beschadigd. Alleen niet-giftige planten en cactussen zonder al te gevaarlijke stekels zijn geschikt. Zet de planten in een pot in de bodembedekking of hecht ze aan de achterwand of klimstructuren om uitgraven te voorkomen.
In droge terraria kunnen vetplanten en cactussen worden gebruikt zoals agaven, Euphorbia- en Crypthantus-soorten en sanseveria’s. In vochtige terraria zijn tropische plantensoorten zoals bamboe, varens, bromelia’s, orchideeën en mossen geschikt. Javamos kan goed tegen hoge temperaturen en heeft bovendien weinig licht nodig. Het is van oorsprong een waterplant, maar hij kan ook boven water in vochtige omstandigheden goed overleven. Veenmos of spaghnummos is een goede keuze voor amfibieën. Hou het mos vochtig met een plantenspuit of door er een vochtige doek onder te leggen.
Planten uit plastic of zijde vragen weinig onderhoud en worden niet zo snel beschadigd. Een groot voordeel is dat je ze kan wassen en ontsmetten. Een bosje kunstplanten dat bevochtigd wordt, kan in een droog terrarium een welkome afwisseling zijn.
Zet kunstplanten nooit te dicht bij warmtebronnen en lampen, want ze kunnen smelten of zelfs brand veroorzaken. Vermijd kunstplanten bij plantenetende reptielen, want die zien de kunstplanten als voedsel, waardoor ernstige gezondheidsproblemen ontstaan.
Hout is decoratief en geschikt voor het maken van klimgelegenheden, schuil- en ligplekken. Takken kunnen worden opgehangen of rechtop gezet. De klimobjecten moeten sterk genoeg zijn om het gewicht van het dier te kunnen dragen. Je kan hiervoor de takken ook verankeren in een blok beton. Kurkschors kan dienen als schuilplek voor kleine dieren. Druivelaarhout is alleen geschikt voor droge terraria.
Met stenen en rotsblokken heb je veel mogelijkheden. Een grote platte leisteen biedt een geschikte zonneplaats, gestapelde rotsen bieden schuilplaatsen en klimmogelijkheden. Voor soorten die een vochtige schuilplek nodig hebben, kan je de bodem van schuilplekken bekleden met vochtig mos.
Zet zware stenen en rotsen altijd direct op de bodem van het terrarium, nooit op de bodembedekking. Zo voorkom je dat de stenen kantelen als de dieren in de bodembedekking graven, en belet je dat er hierdoor dieren gewond geraken.