- Anemoonvissen (Amphipirion)
- Barbelen, danio's en rasbora's
- Discusvissen
- Goudvis
- Karperzalmen
- Kersenbuikcichliden
- Killivissen
- Kogelvissen
- Koi
- Koraaljuffertjes
- Labeo's
- Labyrintvissen
- Levendbarende tandkarpers
- Maanvissen
- Malawi cichliden
- Meervallen
- Modderkruipers
- Pangasius
- Picasso doktersvis (Paracanthurus hepatus)
- Regenboogvissen
- Steuren
- Tanganyika cichliden
- Zoetwatergrondel
- Zoutwater gobies
- Zuid-Amerikaanse dwergcichliden
Vissen vervuilen hun aquarium of vijver met voederresten, uitwerpselen en giftig ammonium. Een goede filtering is daarom noodzakelijk om deze vervuiling uit het water te halen. Een filter houdt bovendien het water voortdurend in beweging. Dit komt de uitwisseling van verse zuurstof en de door de vissen uitgeademde CO2 ten goede.
Zonder filtering is het zeer moeilijk om de waterkwaliteit optimaal te houden. Giftige stoffen zoals ammonium en/of nitriet stapelen dan op in het water, waardoor de vissen geen of onvoldoende zuurstof kunnen opnemen. Een typisch symptoom hiervan zijn vissen die aan het wateroppervlak voortdurend naar lucht happen. Dit leidt vaak tot ziekte en sterfte. Bij goudvissen die in een viskom worden gehouden, gebeurt dit geregeld. Zelfs in een klein aquarium met weinig vissen moet je filtering voorzien.
Filters bestaan er in allerhande uitvoeringen en formaten. Het basisprincipe is echter altijd hetzelfde. Een filter is een toestel dat water uit het aquarium aanzuigt en dit door één of meerdere filtermediums stuwt. Deze filtermediums halen vaste deeltjes en chemische stoffen uit het water, of ze bevatten goede bacteriën die afvalstoffen afbreken.
De keuze van het type filter hangt vooral af van de grootte van je aquarium en van de hoeveelheid vissen. Voor kleine aquaria waarin niet zoveel vissen zitten, volstaat doorgaans een kleine filter, voorzien van een filterspons. Voor grotere aquaria waarin veel vissen zitten is uitgebreidere filtering vereist.
De functies van de filter
Er bestaan diverse soorten filters gedreven op lucht of door een pomp, in of buiten het aquarium. Binnenfilters zitten in het aquarium en buitenfilters staan buiten het aquarium. Filters kunnen mechanisch, biologisch en/of chemisch filteren.
Mechanische filtering
Bij een mechanische filtering worden grove en fijne vaste vuildeeltjes verwijderd. De filter verwijdert eerst het zichtbare vuil, zoals voederresten en uitwerpselen. In aquaria gebeurt de filtering van grove vervuiling meestal door middel van een filterspons. Fijnere, zwevende partikels kunnen worden weggefilterd met filterwatten.
Biologische filtering
Vissen scheiden giftig ammonium af. Deze afvalstof moet in de filter worden afgebroken door goede bacteriën.
De filterbacteriën zetten ammonium eerst om in nitriet, wat ook giftig is. Vervolgens wordt het nitriet omgezet in minder schadelijk nitraat. Dit nitrificatieproces is de biologische filtering.
In een pas opgestart aquarium zijn filterbacteriën nog niet of onvoldoende aanwezig. Het duurt een tijd voordat deze filterbacteriën zich in je aquarium vestigen. Om het rijpingsproces van de biologische filter te versnellen, kan je een bacteriecultuur toevoegen aan het aquariumwater. De bacteriën zullen zich vestigen in het filtermateriaal en de bodem van het aquarium.
In veel filters is een biologisch filtermedium standaard aanwezig. Dit materiaal biedt veel oppervlak voor de hechting van filterbacteriën. Filterbacteriën zullen zich ook hechten in filtersponzen en in de bodem van je aquarium. Zelfs met een zeer eenvoudige filter verkrijg je dus enigszins een biologische filterwerking. De filtercapaciteit van een filter met een biologisch filtercompartiment en een aangepast materiaal ligt uiteraard hoger, waardoor het aquariumwater langer proper blijft.
De hoeveelheid afvalstoffen kan je laten meten bij de aquariumspeciaalzaak, of zelf testen met een testkit.
Chemische filtering
Er bestaan verschillende absorberende filtermaterialen die schadelijke chemische stoffen uit je aquariumwater halen.
Het bekendste materiaal is actieve kool. Dit materiaal kan onder andere worden ingezet om verkleuring van het water tegen te gaan en om medicatie uit het aquariumwater te verwijderen.
Er bestaan ook materialen die specifieke stoffen zoals nitraat, fosfaat en silicaten uit je water filteren. Naast actieve kool worden vaak zeoliet en diverse harsen gebruikt als chemisch filtermedium. Doorgaans zijn deze materialen zeer poreus, waardoor ze ook ruimte bieden voor filterbacteriën. Hierdoor hebben ze in zekere mate ook een biologische filterwerking. Vraag om advies in de aquariumspeciaalzaak.
De waterkwaliteit testen
Om te weten of het water gezond is voor de vissen, moet je regelmatig het water testen met behulp van een teststrip of testkits voor ammonium, nitriet en nitraat.
Tijdens de eerste weken na de opstart is het aangeraden dagelijks de waterkwaliteit te meten. Pas als het ammonium en nitriet verdwenen zijn, mogen de vissen in het aquarium.
Zodra de vissen in het water zitten, is er ammoniumproductie. Je moet dan opnieuw controleren of de filter het hogere ammoniumgehalte kan verwerken. De bacteriecultuur in je filter moet immers mee groeien met het aantal vissen in het aquarium.
Teveel vissen in één keer in je aquarium plaatsen is uit den boze. Als de filter onvoldoende werkt treedt er na enkele dagen tot weken een ammonium- of nitrietpiek op. De afvalstoffen zijn onzichtbaar, maar kunnen ernstige gevolgen hebben. Ze zorgen er namelijk voor dat je vissen geen zuurstof meer kunnen opnemen. Als je niets onderneemt, dan kan dit op korte termijn leiden tot ziekte en zelfs sterfte. Neem dus geen risico, en meet regelmatig het gehalte ammonium en nitriet.
Het onderhoud van de filter
Het onderhoud van de filter hangt af van de vervuiling in je aquarium en het type filtermateriaal. Je controleert de filter best wekelijks.
Filtersponzen kan je best regelmatig schoonmaken, zodat ze niet dichtslibben. Water geraakt moeilijker door een overvolle filterspons, wat de efficiëntie van de filter verlaagt.
Filterwatten slibben door hun fijne structuur vaak het snelste dicht. Het is moeilijker om ze uit te spoelen en ze worden best regelmatig vernieuwd. Vervang niet alle watten in één keer. Vervang de helft van de watten en als er geen problemen optreden, vervang dan de andere helft enkele dagen later. Op deze manier blijven er altijd filterbacteriën aanwezig.
Biologisch filtermateriaal bevat levende bacteriën die essentieel zijn voor de afbraak van giftige afvalstoffen in je aquarium. Spoel deze filter nooit uit onder de kraan. Het verschil in temperatuur en watersamenstelling kan de bacteriecultuur schaden. Spoel biologisch filtermateriaal daarom het beste uit in een emmer met aquariumwater.
Chemische filtermediums zoals actieve kool hebben een beperkte werkingsduur. Dit staat vermeld op de verpakking of de bijsluiter van het filtermateriaal. Zeoliet en harsen kunnen vaak hersteld worden en zijn langere tijd herbruikbaar.