Alpaca’s zijn bijzondere weidedieren die je het beste op een grote weide houdt. Enige kennis is vereist om alpaca’s te houden en te hanteren. Zoek op voorhand uit welke dierenarts in de buurt gespecialiseerd is in lama-achtigen. Bedenk goed wat je ervan verwacht en ga eens met mensen praten die al langer de soort houden die je wil kopen. De volgende vragen helpen je over de aankoop van een alpaca na te denken:
- Alpaca’s kunnen 25 jaar oud worden, kan je er zolang voor zorgen?
- Vind je een alpaca ook een leuk dier als het niet aangeraakt wil worden?
- Weet je dat je alpaca's altijd in groep moet houden?
- Heb je de ruimte voor een rustig gelegen weide met stal?
- Begrijp je dat je ze dagelijks moet voeren en wekelijks schoonmaakwerk hebt?
- Kan iemand de alpaca’s verzorgen wanneer je op vakantie gaat?
- Heb je ongeveer 30 euro per maand per dier over voor de voeding en verzorging?
Alpaca's koop je bij andere particulieren of fokkers. Informeer je bij een fokker voor je dieren aankoopt. Het is aan te raden bij meerdere fokkers te gaan kijken alvorens je de alpaca’s koopt. Zo kan je direct zien wat er allemaal komt kijken bij het houden van de dieren. Kies een verkoper bij wie de dieren er gezond uitzien, het verblijf en water proper zijn, de dieren onbeperkt en vers hooi hebben en er voldoende ruimte is in het verblijf. Kies bij voorkeur een groep alpaca’s die elkaar al kennen. Koop nooit een zogenaamd 'kweekkoppel' aan, want een hengst samenhouden met één of slechts enkele merries, geeft gegarandeerd problemen.
Als je een tamme alpaca wil die relatief gemakkelijk te hanteren is, dan koop je die het beste bij een fokker die op een prettige manier met de dieren omgaat. Als de ouderdieren tam zijn en het jong open en nieuwsgierig is, dan is het makkelijker tam te maken. Als het dier echter niet gesocialiseerd is, dan is het tam maken lastig en zal het veel tijd vragen om zijn vertrouwen te winnen.
Wees kritisch en durf vragen te stellen. Als koper ben je verantwoordelijk voor een goede keuze. Koop geen zwakke of zieke dieren, want zo hou je foutieve handel in stand. Let goed op of de dieren geen verwondingen of vervormingen hebben. Als je verwaarloosde dieren opmerkt, dan kan je dit melden bij de Dienst Dierenwelzijn op het Meldpunt verwaarloosde of mishandelde dieren.
Alpaca's moeten geIdentificeerd en geregistreerd worden.
Voor je alpaca’s koopt, moet de weide correct afgemaakt zijn en de stal in orde zijn. Vervoer de dieren in een paardentrailer, die je helemaal dicht maakt. Laat dus de achterflap niet open, want hier kunnen de dieren uit springen. Bind de dieren niet vast, ze zullen graag gaan liggen tijdens het transport. Zet de dieren de eerste dag bij aankomst in de stal. Zo kan je goed zien of ze voldoende drinken en eten. Wanneer de dieren rustig zijn, zet je de stal open, zodat ze het terrein kunnen verkennen.
Een alpaca kost ongeveer 300 tot 5000 euro per stuk. Voor een vrouwelijk dier dat geschikt is voor de fok, betaal je minimaal 2500 euro. Dieren met gebreken, kruisingen met andere lama-achtigen, of dieren met gedragsproblemen zijn het goedkoopst, maar de dierenartskosten kunnen dan oplopen. Dieren met speciale kleuren en bewezen fokdieren die het goed doen op keuringen zijn duurder, de prijzen hiervoor kunnen oplopen tot tienduizenden euro’s.
De eenmalige kosten voor het maken van een stal en een goede omheining bedragen minstens 1500 euro. Daarnaast heb je de kosten van de huur of de aankoop van een weide. Ter indicatie: een weide met een oppervlakte van ongeveer 0,5 hectare huren, kost ongeveer 800 euro per jaar.
De maandelijkse kosten voor voer en de bodembedekking voor de stal bedragen ongeveer 30 euro per dier. Vaccinaties, ontwormingen en andere dierenartskosten bedragen minstens 100 euro per jaar en kunnen hoger oplopen.
Alpaca's hou je in groep op een weide met een schuilstal. De schuilstal moet groot genoeg zijn opdat alle dieren droog kunnen staan en voldoende ruimte hebben om te eten.
Gezelschap
Alpaca’s zijn kuddedieren. Als ze alleen zijn, vereenzamen ze snel en worden ze ongelukkig. Zet daarom altijd drie of meer dieren bij elkaar. Andere diersoorten kan je bij alpaca’s houden, maar ze vervangen niet het gezelschap van een dier van de eigen soort.
Hou groepen van enkel vrouwelijke dieren (merries), eventueel aangevuld met gecastreerde mannelijke dieren (ruinen). Je kan ook een “bachelor-groep” vormen van enkel ruinen. Niet-gecastreerde mannetjes (hengsten) samenhouden met vrouwelijke dieren is af te raden omdat de hengst de merries voortdurend zal achtervolgen en willen dekken. Dit put de merries uit, schaadt hun gezondheid en kan zelfs abortussen veroorzaken. Volwassen hengsten kunnen ook zeer agressief worden om hun harem te verdedigen.
Weide & omheining
De weide moet voor drie alpaca’s minstens 1500 m2 zijn. Voor meer dieren heb je uiteraard een grotere weide nodig. Aangeraden is dan 1000 m2 extra per dier. De weide moet op een rustige plaats liggen omdat de dieren snel kunnen schrikken.
Lama-achtigen kunnen goed springen, en daarom moet de omheining voldoende hoog zijn. Een draadgazen hek van 120 tot 150 cm hoogte is voldoende voor alpaca’s. Zorg voor afgeronde hoeken in de omheining zodat de dieren elkaar of tijdens een schrikreactie niet klemlopen. Gebruik geen prikkeldraad of schrikdraad. Door de dikte van hun wol voelen de dieren immers toch geen schok en de prikkeldraad kan erge verwondingen veroorzaken. Om roofdieren zoals honden en wolven uit de weide te houden, kan je wel een schrikdraad maken langs de buitenkant.
Stal
De open stal moet zo geplaatst worden dat de dieren gemakkelijk uit de wind en de regen kunnen rusten. Zorg ervoor dat je de stal kan afsluiten indien nodig, bijvoorbeeld als de dierenarts komt. Reken voor ieder dier op ongeveer 2 m2 stalruimte.
Alpaca’s eten gras, fijn hooi en alpacabrokken. Informeer naar de huidige voeding bij aankoop en geef de eerste weken hetzelfde voer. Voer het hooi onbeperkt, en voorzie het op meerdere plekken in de weide of stal. Het is belangrijk dat alle dieren ongestoord van een eigen hooiplek kunnen eten. Stel ook een mineralenblok ter beschikking.
Leer de dieren dat ze altijd eten krijgen in de stal met de poort toe, zo zijn ze het al gewoon om opgesloten te worden. Dit is gemakkelijk wanneer de dierenarts langskomt en je hen moet vasthouden voor een behandeling.
Zorg dat er steeds vers drinkwater aanwezig is, bijvoorbeeld via een automatische vlotterbak. Een goede hoogte om een drinkbak te hangen, is ongeveer 40 cm van de grond. Zo blijft het water proper, maar kunnen jonge dieren er ook goed aan.
Dagelijks
- Geef dagelijks onbeperkt hooi.
- Geef proper water of controleer de automatische vlotterbak.
- Bekijk of de dieren er gezond uitzien en zich normaal gedragen.
- Controleer de omheining.
- Verwijder de mest uit de wei om wormbesmettingen tegen te gaan.
Minstens één keer per week
- Verwijder vuile bodembedekking en mest de stal uit.
- Breng een nieuwe laag aan van ongeveer 10 cm strooisel.
- Controleer de dieren: de vacht, de nagels en de algemene conditie en voedingstoestand.
Om de paar maanden of jaarlijks
- Om de paar maanden moeten je de nagels (laten) knippen.
- Laat elke twee à drie maanden een mestonderzoek uitvoeren en ontworm de dieren indien nodig.
- Twee à drie keer per jaar moet je de hele stal uitmesten, reinigen en desinfecteren om parasieten tegen te gaan en een goede algemene hygiëne te verzekeren.
- In de zomer moet je soms de weide maaien. De dieren eten het gras namelijk niet overal even kort en om de weide gezond te houden is onderhoud nodig.
- Een viertal keer per jaar wordt, in overleg met de dierenarts, een vitamine D supplement toegediend.
- Een (half)jaarlijkse vaccinatie is nodig om de dieren gezond te houden. Vraag raad aan je dierenarts.
- Alpaca’s moet je elk jaar scheren in het voorjaar. Voor de Suri alpaca kan één keer om de twee jaar volstaan.
Zoek een dierenarts die ervaring heeft met lama-achtigen voor je de dieren koopt. Preventief is het belangrijk de alpaca’s vitamine D supplementen te geven en jaarlijks te vaccineren. Laat geregeld (vb. tweemaandelijks) een mestonderzoek doen om te controleren op de aanwezigheid van wormen. Laat de dierenarts ook de tanden en hoeven controleren. Als de tanden te lang zijn, moeten ze onder verdoving bijgevijld worden. Om verteringsproblemen te voorkomen, moeten de dieren steeds hooi van een goede kwaliteit ter beschikking hebben.
Pijn wordt meestal aangegeven door knarsetanden en chagrijnig gedrag. Alpaca’s zijn vluchtdieren die zo lang mogelijk hun ziekte of pijn verbergen. Als je opmerkt dat je dier zich anders gedraagt dan normaal of als je een van onderstaande symptomen opmerkt, vraag dan onmiddellijk advies van een gespecialiseerde dierenarts.
De belangrijkste gezondheidsproblemen zijn:
- Tuberculose - TBC - rundertuberculose (Mycobacterium bovis)
Symptomen: hoesten, kortademig zijn. Tuberculose is een zoönose en mensen kunnen hier dus ook erg ziek van worden. Nederland en België zijn vrij verklaard van rundertuberculose, maar alpaca’s die uit het buitenland komen, moeten zeker getest worden op tuberculose voor je ze aankoopt. Contacteer altijd een dierenarts als je bovenstaande symptomen vaststelt, TBC is een meldingsplichtige aandoening. - Clostridium
Symptomen: plotse sterfte van jonge dieren, verstijving en verlamming met sterfte als gevolg.Clostridium-bacteriën kunnen verschillende ziektes veroorzaken naargelang de soort bacterie. O.a. tetanus behoort tot de groep van de clostridium-bacteriën. Een halfjaarlijkse vaccinatie tegen clostridium is aangewezen. - Coccidiose
Symptomen: vermagering, loomheid, erge, vaak waterige en bloederige diarree, uitdroging, sterfte.Coccidiose wordt veroorzaakt door protozoa (Eimeria sp.) die de darmwand aantasten. Vooral jonge dieren zijn er zeer gevoelig aan, oudere dieren kunnen besmet zijn zonder symptomen te vertonen. Bespreek met je dierenarts preventieve maatregelen. - Leverbot
Symptomen: stilvallende groei, daling wolproductie en wolkwaliteit, minder eetlust, vermageren, sterfte.Leverbotten zijn platwormen die in de lever van graasdieren leven en daar een chronische ontsteking veroorzaken. Dieren worden besmet via de cysten die vastzitten op het gras. Leverbot komt alleen voor op drassige weiden of weiden met een poel, aangezien slakken als gastheer fungeren. Alpaca’s zijn zeer gevoelig voor leverbotinfecties, tijdig behandelen is noodzakelijk. Raadpleeg sowieso een dierenarts wanneer er zich een poel of beekje in de buurt van de weide bevindt. - Wormen
Symptomen: algeheel slechte conditie, bleke slijmvliezen door bloedarmoede, vermageren, opgeblazen buik, buikpijn, diarree.Alpaca’s kunnen diverse soorten wormen krijgen. Hiertegen zijn speciale wormenkuren te verkrijgen. Laat om de paar maanden een mestonderzoek doen om te controleren op de aanwezigheid van wormen, zodat selectief ontwormd kan worden indien nodig. Een alpaca met buikpijn zal meer liggen, rollen en aan de buik bijten of likken. Bleke slijmvliezen kunnen op bloedarmoede door bloedzuigende wormen duiden. Raadpleeg dan meteen de dierenarts! - Schurft
Symptomen: jeuk, schilferige huid, slechte vacht, schuurletsels, secundaire huidinfecties.Schurft wordt veroorzaakt door mijten die op en in de huid leven. Hou de vacht goed in de gaten en voel regelmatig of er geen korsten of wonden zijn, vooral onder de buik, in de liesstreek en onder hun staart. In de meeste gevallen moet er door de dierenarts een huidafkrabsel genomen worden om de oorzaak van de huid- en haarproblemen vast te stellen. Als de dieren geschoren, gewassen of behandeld worden, dan reinig en ontsmet je best ook de stallen, attributen en omheining. Als het dier nat is, voorzie dan een warme schuilplek. Zo kunnen de dieren goed opdrogen. Soms is een injectie tegen huidparasieten door de dierenarts voldoende. - Pootproblemen
Symptomen: lange nagels, verrotting, kreupel lopen.Door een te natte bodem, te weinig knippen of slechte weerstand kan de voetzool en nagelkwaliteit achteruitgaan. Zorg dat de dieren over een harde droge ondergrond beschikken in en om de stal en voederplaats. Laat regelmatig de nagels knippen. Controleer geregeld de hoeven bijvoorbeeld tijdens het scheren. - Rachitis of Engelse ziekte
Symptomen: X-benen, zwakke gewrichten, beenderafwijkingen.De dieren krijgen in ons klimaat minder zon dan in hun oorspronkelijke leefomgeving. Dit kan leiden tot een tekort aan vitamine D. Voldoende vitamine D is belangrijk om de botten en gewrichten gezond te houden. Dien daarom verschillende keren per jaar een vitaminesupplement toe, in overleg met de dierenarts.